Prof.dr. Hanscarl Leuner, die de methode KIP in de vijftiger jaren van de vorige eeuw ontwikkelde, wilde door de weergave van een gestructureerd logo op zijn boeken, iets over de bedoeling van de methode duidelijk maken. Het Oog van Horus oefende aantrekkingskracht op hem uit.
Inleiding
Intuïtief herkende Leuner in het Oog van Horus iets dat hem ook bij de ontwikkeling van de methode KIP had beziggehouden. Bij zijn experimenten (1948-1953) stuitte Leuner vaker op fantasieën van patiënten die hem aan Egyptische mythologieën deden denken. Ook aspecten van het collectieve onbewuste van Jung leken evident.
Pas veel later leerde hij de nadere betekenis van het Horusoog kennen als zijnde een meerduidig symbool dat verbonden is met herkregen heelheid, licht en duisternis en het herstel van een harmonische orde. Toen hij in 1958 een reis naar Egypte maakte, had hij zich, op aanraden van een bevriende Egyptoloog, dan ook goed voorbereid op de symboliek van de Egyptische mythologie.
De Egyptische mythologie
De jaarlijkse overstromingen van de Nijl vormden de inspiratiebron van vele Egyptische mythen. De Egyptenaren waren volledig afhankelijk van de Nijl voor de bevloeiing van hun droge akkers. De hele Egyptische mythologie staat in het teken van de dood, door het besef hoe kwetsbaar de mens is tegenover de krachten die hij niet kan beheersen. De verhalen of mythen rond de verschillende goden en godinnen waren een manier om het onbekende te verklaren.
Op het door de jaarlijkse overstromingen van de Nijl vruchtbaar geworden land ontstonden de eerste Egypische stadstaten, die alle hun eigen goden en mythologische verhalen hadden. De stadstaatjes werden uiteindelijk, rond 3100 v.Chr., verenigd in een door farao’s geregeerd koninkrijk. De farao’s werden gezien als goddelijke bemiddelaars tussen de goden en de mensenwereld.
De godsdienst stond centraal in het leven van de Egyptenaren. De goden en godinnen die zij aanbaden hadden elk hun eigen onderscheidende kenmerken en identiteiten. Elke godheid vertegenwoordigde een natuurlijke of bovennatuurlijke kracht of wetmatigheid, die met hun naam tot uitdrukking kwam. De goden werden afgebeeld als mens of dier of een combinatie van beiden. Alle dieren in de collectieve visualisatie van de goddelijke wereld kwamen uit het Nijldal, het moerassige Deltagebied en de woestijnranden. Een dier werd op grond van zijn eigenschappen en gedrag gekozen om een godheid te vertegenwoordigen.
In de loop der tijd veranderden de goden door syncretisme (fusie van twee of meer godheden tot één) en kregen zo nieuwe eigenschappen. Dit had vaak te maken met politieke factoren, zoals het verschuiven van machtscentra waar weer andere goden aanbeden werden. Zo versmolt Horus later met de zonnegod Re tot Re-Horachte (Horus van de horizon).
Horus was god van het koningschap en heerser over de kosmos. Hij was de zoon van Osiris, god van de dood, wederopstanding en vruchtbaarheid, en van Isis, de moedergodin, die samen met haar man de beschaving in Egypte heeft gebracht. Meer nog dan andere goden was Horus met de farao verbonden. De farao’s werden beschouwd als sterfelijke incarnaties van Horus, wat hun gezag van een goddelijk tintje voorzag. Bij het bestijgen van de troon koos een farao daarom een “Horus-naam” uit, om zijn bovennatuurlijke gezag te benadrukken. Horus werd weergegeven als een valk, of met een valkenkop. Horus’ naam betekent “hij die boven is” of “de verre”, als aanduiding van de hemel, en is waarschijnlijk verbonden met zijn status van hemelgod en het hoge zweven van de valk. Eén van de alom tegenwoordige symbolen van Horus was het Horusoog.
Het Oog van Horus (=het Oedjat oog)
Het Oog van Horus is een Egyptische hiëroglyfe (zie afbeelding 1, pag.3) en is onlosmakelijk verbonden met de Egyptische mythologie. Het kreeg een magische betekenis, maar werd ook gebruikt in de wiskunde. De basisvorm van het oedjat-oog is een mensenoog met een wenkbrauw, met onder het oog een stilistische weergave van de zwarte strepen die een Lannervalk onder zijn ogen heeft.
Een belangrijke mythe is het verhaal van de strijd tussen Horus en zijn oom Seth.
Seth was een god die geassocieerd werd met chaos en onvruchtbaarheid. Hij doodde zijn broer Osiris, die als opvolger van de zonnegod over de aarde heerste en veel aanzien genoot, omdat hij aaste op zijn troon. Volgens de oude mythe werd, in een strijd om de dood van zijn vader te wreken, Horus’ oog uitgerukt door Seth. In de verschillende mythen over Horus werden in de ene versie beide ogen verloren en in de andere versie alleen zijn linkeroog. Het linkeroog werd geassocieerd met de maan en het rechteroog met de zon. Thot, de wijze maangod, maakte het oog geduldig weer heel. Als het gaat om het Oog van Horus, wordt altijd het linkeroog bedoeld, het maanoog. Als meerduidig symbool houdt het de toestand van herkregen heelheid in. Oedjat betekent letterlijk “gezond”.
Vanwege de symbolische, beschermende betekenis was het oedjat-oog een geliefd symbool bij de Egyptenaren. Het werd al vanaf het Oude Rijk in allerlei vormen, maten en materialen gebruikt voor amuletten (=beschermingsmiddelen) en als grafisch motief voor sieraden (zie afb.2, pag.3). Ook werd het aan de huizen aangebracht, waar het beschutte tegen onheil en de kwade blik.
Het Horusoog werd als gelukbrengend symbool door de Egyptenaren, die naast de vlotscheepvaart een uitgekiende zeevaart hadden, aangebracht aan de boeg en de achterkant van hun schepen. Nu nog vindt men het symbool van het Oog aan de boten van Malteser schippers.
Op het gebied van de astronomie is het Horusoog het maansymbool. Het verwijst naar de maan die ‘beschadigd’ is in de afnemende fase en zich ‘herstelt’ in de wassende fase. Het cyclische aspect in de kosmos wordt daarmee benadrukt. Door het herstel van het beschadigde oog van Horus, wordt het licht weer op aarde teruggebracht en wordt de met de duisternis verbonden dood overwonnen. Het voortbestaan van de harmonische orde in het leven was daarmee verzekerd.
In de ideologie van het Koninkrijk van de Farao stelt het de eeuwige vernieuwing van het goddelijke Koninkrijk van koning tot koning voor.
Ook werd het Horusoog voor een grafische vertaling van de rekeneenheden voor het graan gebruikt. Elk afzonderlijk onderdeel van het oog kreeg de waarde van een breukdeel toebedeeld (zie afb.3, pag.3). De optelsom omvatte het geheel, gelijk het herstel van het oog. Maar inderdaad omvat de som van de zes gebruikte breuken maar 63/64ste. Men neemt aan dat Thot door tovenarij het ontbrekende 1/64ste deel verduisterd heeft.
Bij het prepareren van hun mummies plakten de Egyptenaren een amulet van het Oedjatoog op de huidsnede aan de linkerkant, waar zij organen van de dode weghaalden, waardoor deze “geheeld” werd.
Magie speelde in het Oude Egypte als goddelijke kracht een belangrijke rol om dagelijkse problemen of crises op te lossen. Men geloofde sterk in de scheppende kracht van de woorden en de afbeeldingen die werden gebruikt bij rituelen.
Er was geen duidelijk onderscheid tussen magie en geneeskunde, beide waren sterk met elkaar verbonden. Amuletten speelden een belangrijke rol bij ziekten. De Egyptenaren waren ervan overtuigd dat deze heilzaam waren, omdat veel ziekten volgens hen voortkwamen uit kwaadaardige invloeden of verkeerd gedrag. Godenbeeldjes of andere goddelijke attributen zouden daartegen bescherming kunnen bieden en waren onderdeel van magische rituelen.

Overal waar een toestand van zwakheid of van storing de natuurlijke ordening der dingen kon ondermijnen, stabiliseerde het beeld van het symbool, met zijn kracht van magische bescherming, weer de juiste loop. Zo is het Oog van Horus het symbool voor genezing, het heel worden en kracht.
De heilzame werking van de Tempelslaap bij innerlijke ziekten
Omdat de mensen in het Oude Egypte veel bezig waren met de goden en hun krachten, waren ze ook beïnvloedbaar en stonden ze open voor behandelingen in de tempels. De artsen en priesters, die beiden zowel de medische als de magische technieken beheersten, verlaagden kunstmatig het bewustzijnsniveau van de patiënt en brachten hem/haar in een soort hypnotische slaap. Nu waren ze heer en meester over de beelden van de zielenwereld, die om de patiënt heen ontstonden. Die beelden stuurden ze dusdanig aan, dat ze de kracht bezaten om op het zieke lichaam in te werken en dat weer gezond te maken. Dat was de betekenis van de tempelslaap die men toepaste bij innerlijke ziekten. De patiënt ervoer het als dat hij/zij bij de tempelslaap genezende of stimulerende dromen had gekregen van een god(in).
Zien is natuurlijk meer dan alleen het fysiologische proces. We begrijpen het in overdrachtelijke zin als doorzien, voorstellen of vooruitzien. Vaak waren de schriftgeleerden in culturen uit de Oudheid ook zieners. Zij kenden de symboliek van hetgeen ze “zagen” en wisten dit toe te passen, zodat de zaken hun juiste beloop kregen en erger kon worden voorkomen.
Het verband met KIP
Het in ontspannen toestand naar binnen keren onder begeleiding van de meelevende therapeut en daarbij n.a.v. een motief beelden (met symbolische inhoud) laten opkomen die zich gaan ontwikkelen, is hetgeen we bij het dagdromen bij de methode KIP doen. De natuurthema’s die als basismotieven gebruikt worden, doen daarbij een beroep op de gezonde, zelfherstellende vermogens. De symbolische waarde van de dagdroombeelden is van belang, zoals van de dieren en hun specifieke eigenschappen, een toestand van droogte of misschien vruchtbare grond, ‘magische’ vloeistoffen, het jaargetijde, het weer, bepaalde personen, een specifieke naam of eigennaam, etc.etc.. Het geeft een vingerwijzing over de toestand van degene die dagdroomt. Deze vingerwijzingen zal de cliënt zelf gaan ontdekken en beter leren begrijpen, met hulp van een geschoolde therapeut.
Volgens Hanscarl Leuner is deze vorm van psychotherapie genesteld in het “tussengebied” van bewuste reflecties en opkomende onbewuste fantasieën. Hij ontdekte dat dit “tussengebied” niet zelden onderdeel uitmaakt van de ontdekking van het zelf. Het Horusoog leek hem het gebied van KIP in ideale toestand weer te geven, als zijnde het bewustzijnsgebied waarin we ons met de patiënt begeven en dat we ontwikkelen als een, langdurig miskende, bron van inzicht in emotionele processen.
De beleving is tijdens het dagdromen van essentieel belang, om daarna tot nieuwe inzichten te kunnen komen. Het doorleven, doorvoelen, doorzien en verwerken van hetgeen in het tussengebied tussen het bewuste en het onbewuste zichtbaar is geworden middels het dagdromen, is de sleutel tot herstel en genezing.
Dat Leuner juist het beschermende Horusoog – als teken van genezing, heelheid en kracht – uitkoos als logo voor KIP, in eerste instantie intuïtief, is dus een hele treffende keuze geweest!
NB. Het symbool van het Horusoog wordt o.a. als logo gebruikt bij onze Stichting Symbooldrama, bij het AGKB, het SAGKB en bij VIC-Italia:

Geraadpleegde literatuur:*De grote mythologie encyclopedie, A. Cotterell en R. Storm, 2017, uitg. Veltman
*Egypte, goden, mythen en religie, Lucia Gahlin, 2001, uitg. Veltman
*Egyptische mythen en mysterieën, Rudolf Steiner, 2007, uitg. Steinervertalingen
*Goden van Egypte van A tot Seth, Maarten J. Raven en Ben van den Bercken,
2018, Rijksmuseum van Oudheden, Leiden
*Lehrbuch der Katathym-imaginativen Psychotherapie, blz. 543 en 544, Hanscarl Leuner
en Renate Siefert, 2003, uitg. Verlag Hans Huber
*Website www.sagkb.ch SAGKB, Maria Carmela Betrò, 2019, Symbolbedeutung
*Website www.vic-italia.eu VIC, Marisa Martinelli, 2019, L’Occhio di Horus
Myrthe de Wilde 2019